Vegan witte bonensoep met citroen en knapperige boerenkool
Buiten is het grijs en stormachtig – ideaal weer voor een grote pan witte bonensoep. In alle eerlijkheid, deze soep is bij ons het hele jaar door favoriet. Het is een heldere bouillon met een frisse citroensmaak, stevige knoflookbasis en royale lading verse kruiden, en dat maakt hem net zo lekker in de zomer als in de winter. En met zijn rijke vulling van verse groenten, romige cannelinibonen en zachte parelgort is hij heerlijk om mee op te knappen op een regenachtige dag.
Deze witte bonensoep begint met het vaste trio van bijna iedere soep – wortel, ui en selderij, eerst gebakken voor extra smaak, daarna zachtjes meegekookt met de bouillon. Ze worden aangevuld met zes tenen knoflook. Dat lijkt misschien veel, maar de knoflook verliest door het stoven zijn scherpe randjes en zorgt alleen voor een zachte diepe smaak.
De bouillon wordt heerlijk fris en vol van smaak door het gebruik van een flinke lading verse kruiden: gehakte peterselie, laurier, verse rozemarijn en tijm die vanaf het begin worden meegekookt, en dan verse basilicum die aan het einde wordt toegevoegd. En met een paar lepels citroensap die je na het koken door de soep roert, maak je het geheel dan nog een beetje extra zonnig.
In plaats van de ui, knoflooktenen en peterselie met de hand fijn te snijden, zoals hieronder in het recept is aangegeven, kun je de drie ook samen met een staafmixer pureren. Dit doe ik zelf vaak als ik de soep op doordeweekse avonden klaarmaak. Het spaart niet alleen tijd, maar geeft de soep ook extra smaak. Het is alleen wel goed om van tevoren te weten dat dit je soep heldergroen maakt, in plaats van het geel dat je ziet op de foto!
Als je granen en bonen combineert leveren ze compleet eiwit en samen veranderen ze deze soep in een volledige maaltijd. Ik gebruik hier cannelinibonen en parelgort, omdat ik de smaak en zachte textuur van allebei heel lekker vind. In plaats van cannelinibonen kun je natuurlijk ook andere soorten witte bonen gebruiken. En in plaats van de parelgort kun je ook kiezen voor spelt, farro, volkoren riso of bruine rijst. De witte bonensoep is wat dat betreft ook een goede manier om overgebleven granen van een vorige maaltijd een tweede leven te geven.
Om het gehalte aan groenten in de soep nog wat op te hogen, maak ik hem met extra bladgroenten. In de winter is knapperige boerenkool hiervoor mijn eerste keus. Als je fijngesneden boerenkool kort roostert in de oven – 5 minuten maar, met een beetje zout en olijfolie – wordt hij heldergroen, met knapperige randjes en een heerlijk volle smaak. Dit is mijn favoriete manier om boerenkool te eten en ik gebruik het als strooisel over zo ongeveer alles, van soep tot dal of stoofgerechten en zelfs pasta. In plaats van hem in de oven te roosteren, kun je de boerenkool ook met wat zout en olijfolie in een koekenpan bakken tot hij knapperig is. En als je weinig tijd hebt, kun je de gesneden boerenkool ook gewoon rechtstreeks in de soep laten slinken. In de zomer kun je als lekker alternatief vers spinazieblad gebruiken dat je aan het eind van de kooktijd door de soep roert.
Eet de soep lekker zo, bestrooid met een royale hoeveelheid versgemalen zwarte peper, of combineer hem naar wens met knapperig brood.
Een fijne week gewenst!
Vegan witte bonensoep met citroen en knapperige boerenkool – 4 p.
Ingrediënten
voor de soep
- 150 g ongekookte parelgort of ander graan naar keuze
- 2 el. olijfolie
- 3 winterpenen, in blokjes
- 3 selderijstengels, in blokjes
- 1 ui, gesnipperd
- 6 tenen knoflook, fijngesneden
- 30 g peterselie, fijngesneden
- 2 laurierblaadjes
- takje rozemarijn
- 6 takjes tijm
- 1½ l groentenbouillon, vers of van blokjes
- 2 blikjes à 400 g cannelinibonen, uitgelekt en afgespoeld in een zeef
- 15 g basilicum, grof gesneden
- sap van 1 citroen
- versgemalen zwarte peper
voor de geroosterde boerenkool
- 150 g gesneden boerenkool
- scheutje olijfolie
- snuf zout
Bereiding
Breng een kleine pan met water aan de kook. Giet de parelgort in het water en zet het vuur laag. Laat de parelgort afgedekt zachtjes koken volgens de aanwijzingen op de verpakking, of tot de granen beetgaar zijn. Giet de parelgort af en zet opzij tot gebruik.
Verhit intussen de olie in een grote soeppan op een middelhoog vuur. Doe de gesneden wortel en selderij in de pan. Laat de groenten onder regelmatig roeren ongeveer 10 minuten bakken, tot ze zacht en licht gebruind zijn. Zet het vuur laag en voeg de ui, knoflook en peterselie toe. Laat de groenten al roerend nog een paar minuten bakken, tot de ui doorschijnend is en de knoflook begint te geuren.
Voeg de laurierblaadjes, rozemarijn en tijm toe en giet de bouillon in de pan. Breng de bouillon aan de kook, dek dan de pan af en zet het vuur laag. Laat de soep 10-15 minuten zachtjes koken.
Maak intussen de boerenkool klaar. Verwarm hiervoor de oven voor op 220°C.
Verdeel de boerenkool over een beklede bakplaat. Besprenkel de kool met een scheutje olijfolie en roer het geheel om om de olie goed te verdelen. Bestrooi de boerenkool met zout en laat hem 5 minuten in de oven roosteren. Houd een oogje in het zeil om te zien of de kool aan de randen van de bakplaat niet verbrandt; roer de blaadjes halverwege de baktijd even om als ze te snel kleuren. Haal de bakplaat uit de oven als de boerenkool heldergroen is en knapperig aan de randen. Laat de kool afkoelen en zet opzij tot gebruik.
Verwijder de laurier, rozemarijn en tijm uit de soep. Voeg de uitgelekte bonen en parelgort toe en laat deze even opwarmen. Voeg dan de basilicum en het citroensap toe en breng de soep op smaak met een royale hoeveelheid versgemalen zwarte peper.
Serveer de witte bonensoep bestrooid met de geroosterde boerenkool.